In de bijlage Letter&Geest van de Trouw dit weekend een aantal interessante artikelen. Onder andere een artikel van Frans de Waal, bioloog en onderzoeker naar het sociale ("morele") gedrag van dieren. Het artikel richt zich niet specifiek op morele argumentatie maar is desondanks mijns inziens interessant:
Het uitgangspunt: ethiek en de aap
De Waal beschrijft dat onderzoek laat zien dat dieren rechtvaardigheidsgevoel laten zien en onbaatzuchtig kunnen zijn. Zij - het meest duidelijk zichtbaar bij mensapen - geven om de gemeenschap. De Waal: de superioriteit van ons intellect mag dan overduidelijk zijn maar onze basisbehoeften zijn gelijk: macht, genegenheid, veiligheid et cetera.
Altruïsme volgens De Waal
Interessant is de benadering van het altruïsme/egoïsme-debat door De Waal. Altruïstisch gedrag, zo stelt hij, heeft zich ontwikkeld door de voordelen die eraan vastzitten maar de motivatie is niet egoïstisch. Toekomstige voordelen spelen namelijk nauwelijks een rol: het altruïstische dier houdt zich niet bezig met evolutionaire consequenties. Oprecht altruïsme bestaat volgens De Waal. In het artikel maakt hij tevens duidelijk hoe dit zich dan verhoudt tot de waarneming dat zoogdieren (en mensen) ondertussen genoegen beleven aan het helpen van anderen. Is er toch een (korte-termijn) egoïstisch motief?
Ik citeer De Waal die dit in mooie bewoordingen ontkent:
Dit heeft volgens De Waal gevolgen voor de menselijke moraal. De vernistheorie - dat moraal niet meer een laagje vernis is op onze slechte biologische neigingen - is volgens De Waal niet juist. Moraliteit heeft zich ontwikkeld uit sociale instincten. De Waal heeft dit eerder beschreven in zijn boek 'Van nature goed. Over de oorsprong van goed en kwaad in mensen en andere dieren".
Hij beschrijft - en nu wordt het interessant voor ons - dat de top-down-benadering die de meeste filosofen aanhangen (waarbij door de rede we tot een morele positie komen) hierdoor te beperkt is. De vraag die De Waal stelt is of het wel zin heeft om van mensen te verlangen dat ze omzien naar anderen als ze daar geen aanleg voor hebben. Zijn conclusie: David Hume verwoordde het sterk door te stellen dat de rede de slaaf is van onze aandriften. De mens heeft niet de moraal vanuit het niets opgebouwd. We zijn sociale wezens waarop we verder zijn gegaan.
Toch is de chimpansee geen moreel wezen. Want moraal is bij De Waal meer dan gevoelens. Het is daarnaast het opzetten van een logisch, samenhangend systeem. Een systeem dat los staat van iemands eigen situatie, geabstraheerd en los van eigen belangen. Menselijke moraliteit onderscheidt zich dus van de dierlijke moraliteit: ze zoekt universele normen die geconcretiseerd worden in een systeem van recht (met controle en straf/beloning). Hier is volgens De Waal ook waar religie weer in beeld komt (hiertoe verwijs ik graag naar de Trouw).
Ter overweging
Sluipt hier een tegenstrijdigheid in het artikel van De Waal? Enerzijds geeft hij aan dat het niet aan de wetenschap is om de zin van het leven te stellen of hoe we moeten leven. Het geven van een moreel kompas is niet aan de onderzoekende wetenschapper: er is een duidelijk onderscheid tussen descriptieve en normatieve ethiek. Anderzijds stelt De Waal echter wel dat voor moraal gevoelens niet volstaan. Is deze laatste uitspraak niet voorschrijvend van aard?
Ter overweging nog een algemeen punt: wijst het werk van De Waal niet op de juistheid van (een vorm van) het natuurrechtelijk denken of maken we dan de denkfout waarvoor De Waal ons juist wil waarschuwen?
• De moraal van de aap, zo egoïstisch zijn we niet, Trouw (abonnee), 14-01-2011
• Van nature goed, Uitgeverij Contact
Dat niet iedereen de vernis-theorie wil loslaten, zien we trouwens in de volgende video (concreet vanaf 32:08):
• Wetenschap 24: Een aap met moreel besef, deel 32, Uitgeverij Contact
De Waal zelf kunnen we terugzien in een aflevering van Boeken:
Over "De Aap in ons"
Over "Een tijd voor empathie"
Het uitgangspunt: ethiek en de aap
De Waal beschrijft dat onderzoek laat zien dat dieren rechtvaardigheidsgevoel laten zien en onbaatzuchtig kunnen zijn. Zij - het meest duidelijk zichtbaar bij mensapen - geven om de gemeenschap. De Waal: de superioriteit van ons intellect mag dan overduidelijk zijn maar onze basisbehoeften zijn gelijk: macht, genegenheid, veiligheid et cetera.
Altruïsme volgens De Waal
Interessant is de benadering van het altruïsme/egoïsme-debat door De Waal. Altruïstisch gedrag, zo stelt hij, heeft zich ontwikkeld door de voordelen die eraan vastzitten maar de motivatie is niet egoïstisch. Toekomstige voordelen spelen namelijk nauwelijks een rol: het altruïstische dier houdt zich niet bezig met evolutionaire consequenties. Oprecht altruïsme bestaat volgens De Waal. In het artikel maakt hij tevens duidelijk hoe dit zich dan verhoudt tot de waarneming dat zoogdieren (en mensen) ondertussen genoegen beleven aan het helpen van anderen. Is er toch een (korte-termijn) egoïstisch motief?
Ik citeer De Waal die dit in mooie bewoordingen ontkent:
Ja, we krijgen een 'warm gevoel' als we iemand te hulp schieten, misschien hebben andere dieren dat ook wel, maar omdat dat gevoel ons via de ander bereikt, en uitsluitend via die ander, is helpen niet egocentrisch, maar echt gericht op de ander.Gevolgen positie moraal
Dit heeft volgens De Waal gevolgen voor de menselijke moraal. De vernistheorie - dat moraal niet meer een laagje vernis is op onze slechte biologische neigingen - is volgens De Waal niet juist. Moraliteit heeft zich ontwikkeld uit sociale instincten. De Waal heeft dit eerder beschreven in zijn boek 'Van nature goed. Over de oorsprong van goed en kwaad in mensen en andere dieren".
Hij beschrijft - en nu wordt het interessant voor ons - dat de top-down-benadering die de meeste filosofen aanhangen (waarbij door de rede we tot een morele positie komen) hierdoor te beperkt is. De vraag die De Waal stelt is of het wel zin heeft om van mensen te verlangen dat ze omzien naar anderen als ze daar geen aanleg voor hebben. Zijn conclusie: David Hume verwoordde het sterk door te stellen dat de rede de slaaf is van onze aandriften. De mens heeft niet de moraal vanuit het niets opgebouwd. We zijn sociale wezens waarop we verder zijn gegaan.
Toch is de chimpansee geen moreel wezen. Want moraal is bij De Waal meer dan gevoelens. Het is daarnaast het opzetten van een logisch, samenhangend systeem. Een systeem dat los staat van iemands eigen situatie, geabstraheerd en los van eigen belangen. Menselijke moraliteit onderscheidt zich dus van de dierlijke moraliteit: ze zoekt universele normen die geconcretiseerd worden in een systeem van recht (met controle en straf/beloning). Hier is volgens De Waal ook waar religie weer in beeld komt (hiertoe verwijs ik graag naar de Trouw).
Ter overweging
Sluipt hier een tegenstrijdigheid in het artikel van De Waal? Enerzijds geeft hij aan dat het niet aan de wetenschap is om de zin van het leven te stellen of hoe we moeten leven. Het geven van een moreel kompas is niet aan de onderzoekende wetenschapper: er is een duidelijk onderscheid tussen descriptieve en normatieve ethiek. Anderzijds stelt De Waal echter wel dat voor moraal gevoelens niet volstaan. Is deze laatste uitspraak niet voorschrijvend van aard?
Ter overweging nog een algemeen punt: wijst het werk van De Waal niet op de juistheid van (een vorm van) het natuurrechtelijk denken of maken we dan de denkfout waarvoor De Waal ons juist wil waarschuwen?
• De moraal van de aap, zo egoïstisch zijn we niet, Trouw (abonnee), 14-01-2011
• Van nature goed, Uitgeverij Contact
Dat niet iedereen de vernis-theorie wil loslaten, zien we trouwens in de volgende video (concreet vanaf 32:08):
• Wetenschap 24: Een aap met moreel besef, deel 32, Uitgeverij Contact
De Waal zelf kunnen we terugzien in een aflevering van Boeken:
Over "De Aap in ons"
Over "Een tijd voor empathie"